Hebben nicotinevervangende middelen bijwerkingen?
Ja, nicotinevervangende middelen (zoals pleisters, kauwgom, zuigtabletten, neussprays en inhalers) kunnen bijwerkingen hebben. Deze middelen helpen bij het stoppen met roken of vapen door een gecontroleerde hoeveelheid nicotine af te geven, maar zonder de schadelijke stoffen uit tabak of e-sigaretten.
Veelvoorkomende bijwerkingen zijn:
• Pleisters: Huidirritatie, jeuk of roodheid op de plek waar de pleister zit, en soms slaapproblemen of levendige dromen.
• Kauwgom en zuigtabletten: Een branderig gevoel in de mond, misselijkheid, maagklachten en hikken als je te snel kauwt of slikt.
• Neusspray: Een branderig gevoel in de neus, loopneus of niezen, vooral in het begin.
• Inhalers: Irritatie in de keel of mond, en soms hoesten.
De meeste bijwerkingen zijn mild en verdwijnen na een tijdje. Als ze aanhouden of erg vervelend zijn, kan het helpen om een andere vorm van nicotinevervanging te proberen of de dosering aan te passen. Tijdens de sessies kan je coach ook tips geven om deze bijwerkingen te voorkomen of verminderen.
Lees voor gebruik altijd eerst de bijsluiter van je nicotinevervangende middelen en raadpleeg je (huis)arts als je twijfelt of als klachten aanhouden, of als je medicatie zoals antipsychotica (bijv. olanzapine en clozapine) gebruikt.